De afgelopen maanden zijn grote groepen mensen noodgedwongen gaan thuiswerken. In recordtempo wisten organisaties hiervoor nu wel de juiste middelen te faciliteren en (in veel gevallen) de productie op peil te houden.
Het Nieuwe Werken…
Een paar opmerkingen zijn hier wel op hun plek. Sinds ruim 10 jaar wordt er gesproken over Het Nieuwe Werken, tijd- en plaatsonafhankelijk werken, dat de oplossing zou zijn voor veel maatschappelijke en organisatorische kwalen, zoals ziekteverzuim en fileleed.
In al die jaren is er weinig van terecht gekomen. Medewerkers bleven forenzen, het ziekteverzuim bleef hoog. Ja, er werden nieuwe moderne, nog snellere sturingsmechanismen ingevoerd als scrum en agile, maar in de basis veranderde er weinig.
De coronacrisis wordt nu links en rechts in organisaties aangegrepen om thuiswerken te blijven stimuleren. In het vooruitzicht wordt gesteld dat bedrijfshuren dan lager worden, ziekteverzuim omlaag kan en er minder druk komt op wegen en openbaar vervoer. Maar is dat wel zo?
Sturing en financiering
Nog altijd is er in de basis weinig veranderd. In de projecten die onze partners in de afgelopen decennia hebben gedraaid rond innovatie, ondernemen en werk, is één ding heel duidelijk geworden: als de sturing en financiering niet veranderen, zal de gewenste verandering niet beklijven.
Lang geleden deed ik met mijn toenmalige werkgever mee aan een onderzoek van het NIDO, het Nationaal Initiatief Duurzaam Ondernemen. Belangrijke conclusie was dat verduurzaming alleen plaats zou kunnen vinden als 1) de aandeelhouders of financiers er in geloven en het willen financieren (en die gaan meestal alleen voor financieel rendement over hun geïnvesteerd vermogen), of 2) de financiering zou worden aangepast (wat niet in ons huidige economisch systeem past).
Dit is al tientallen jaren geleden. In veel gevallen heeft de publieke opinie inmiddels de aandacht van financiers doen verschuiven van financieel rendement naar een breder spectrum. Nieuwe business modellen zijn ontwikkeld, schone en duurzame productie zijn inmiddels belangrijker geworden in de bedrijfsvoering. Technisch en financieel is er dus al wat veranderd.
Productiefactor Mens
Maar geldt dat ook voor de ‘productiefactor mens’? Nog altijd wordt in organisaties gestuurd op input (tijd en aanwezigheid van medewerkers), productie (het werk moet tijdig af) en rendement (het moet zo min mogelijk kosten). In heel veel gevallen met een korte termijn perspectief.
Als we nu willen transformeren, is het zaak niet de vorm ‘thuiswerken’ te omarmen. Thuiswerken kan wel een gevolg zijn van andere sturings- en financieringsprincipes.
Rendement
Belangrijkste is misschien wel dat we afstappen van het denken in rendement (en dus ook risico). Althans, dat zullen we moeten herdefiniëren. Kostenbesparingen en winstmaximalisatie kunnen geen leidende principes meer zijn. Het uitgangspunt moet gaan naar waardetoevoeging, zowel extern, maar nu dus ook intern. Mensen zijn geen machines meer, maar waarde(n)volle wezens, die hun talent verbinden aan het doel van de organisatie.
Sturing
Als gevolg daarvan zullen directies en managers niet meer kunnen sturen op input, maar zal de output belangrijk worden: hoe wordt bijgedragen aan de doelen (zowel strategisch als operationeel), die samen kunnen worden opgesteld in het licht van een gedeelde visie.
Productie
Wat waar en wanneer geproduceerd wordt, is afhankelijk van wat er voor die productie nodig is. Heel veel kan thuis, mits de juiste voorzieningen (informatie en communicatie) daar beschikbaar zijn. Een aantal zaken zullen nog altijd op kantoor moeten. Je kunt een gallei nu eenmaal niet laten varen zonder roeiers aan boord.
Maar ook daar kan nog worden geïnnoveerd, tenslotte halen we pakjes al lang niet meer bij een postkantoor op, maar aan de balie bij de supermarkt. De klant is daar immers toch al. Natuurlijk wordt het meeste gewoon aan huis bezorgd. Door processen en producten aan te passen, kan ook daar misschien mensenwerk op een andere manier worden ingericht.
Het is dus zaak dat we nu niet zozeer de vorm omarmen, maar eerst de principes ter discussie durven te stellen. Alleen dan kan deze transformatie beklijven en maximaal worden benut. Werk zal dan meer overwogen, hybride vormen aannemen, die tot een duurzamer ruil met klanten en omgeving zal leiden. Is dat niet de transformatie die we willen?
Laat een bericht achter